The Dirty Dozen
12 Horloges, 1 verhaal
De aantrekkingskracht van een militair horloge is onmiskenbaar. Het wordt helemaal onweerstaanbaar als het de littekens van een missie met zich meedraagt. Een relikwie van een vroeger leven, met bijbehorend patina. Er is een dozijn aan horloges – ontworpen voor de Britse strijdkrachten aan het einde van de Tweede Wereldoorlog – dat zich heeft ontwikkeld tot een van de meest gewilde horlogecollecties van dit moment: de Dirty Dozen.
The Dirty Dozen uit 1967 is nog steeds een van de meest bekende oorlogsfilms aller tijden. Het is niet de beste – bij lange na niet – maar de combinatie van actie, humor en sympathieke karakters maakt dat de film nog steeds populair is.
Dit W.O. II-verhaal gaat alleen niet over het actie-vehikel met Lee Marvin in de hoofdrol, maar over een van de meest gewilde horlogecollecties van dit moment. In de Tweede Wereldoorlog waren mechanische horloges een must voor soldaten en in het bijzonder voor specialisten als radio-operateurs en artillerie-spotters. Commander Alan Brooks (later veldmaarschalk) besefte in 1943 dat het nuttig was om een algemeen horloge te hebben voor de strijdkrachten. Tot die tijd was dat voornamelijk persoonlijk eigendom zonder een noemenswaardige standaard. Massaproductie was in die tijd nog niet zo wijdverspreid, dus was het Britse Ministerie van Defensie op zoek naar een manier om de troepen te voorzien van horloges. Dit resulteerde in het verdelen van orders over twaalf verschillende merken in Zwitserland. Dat liep uiteen van bekende merken als IWC, Omega, Longines en Jaeger-LeCoultre tot mindere goden als Timor en Grana. Met Buren, Eterna, Lemania, Cyma, Record en het Britse Vertex (met een fabriek in Zwitserland) als laatste zes. Twaalf horloges die nu de bijnaam de Dirty Dozen hebben gekregen. De horloges zien er voor een groot deel hetzelfde uit, met een bepaalde standaard en dezelfde looks. Neem de ‘broadhead arrow’ (pijl) onder ‘twaalf uur’ als teken van eigendom van het Ministerie. Verder moesten ze een zwarte wijzerplaat hebben, Arabische cijfers, oplichtende indexen, uren- en minutenwijzers, een railroad minute track, stevig acrylglas, een chromen of roestvrijstalen kast en een diameter van tussen de 35 en 38 millimeter.
Draai het horloge vervolgens om of maak het open en er staat WWW in gegraveerd, wat staat voor: Wrist, Watch, Waterproof. De officiële benaming voor de horloges. De eerste van deze WWW’s werden geleverd in 1944, met het gros dat volgde in 1945. In totaal werden er tussen de 145.000 en 150.000 horloges geleverd door de twaalf merken en de meeste van de horloges deden dienst tijdens conflicten tot ongeveer 1960.
Interessant detail is dat veel van de horloges na de Tweede Wereldoorlog werden verkocht aan buitenlandse legers. De KNIL (Koninklijk Nederlandsch-Indisch Leger) heeft destijds bijvoorbeeld ook nog een aantal WWW’s besteld (IWC, Longines en Omega).
Aantrekkingskracht
Historische betekenis
Ook al zijn er een hoop van gemaakt en over de hele wereld te vinden door het doorverkopen aan andere strijdkrachten – zeldzaam blijven ze wel. Ook omdat de horloges niet zijn gemaakt voor de eeuwigheid. Het waren niet voor niets horloges bedoeld voor soldaten en daar krijgen ze begrijpelijkerwijs het zwaar te verduren. Het Britse leger was dus niet geïnteresseerd in conserveren, maar wilde ze bij problemen zo snel mogelijk weer het veld in krijgen. Dat betekende reparaties met inferieure onderdelen en nieuwe wijzerplaten door een klein ‘probleem’. De eerste versies kregen namelijk het lichtgevende, maar radioactieve Radium voor de indexen en wijzers. In de jaren zestig zijn een deel van de horloges vernietigd of werden veel van deze wijzerplaten vervangen. Geen zorgen trouwens als je er één met een originele wijzerplaat vindt, het Radium heeft geen kracht meer. Nog een weetje voor de obsessieve verzamelaar: op de achterzijde is ook een military store number te vinden om het horloge te identificeren. Veel websites houden zo echt en nep spul uit elkaar. Ook kun je de initialen ATP (Army Trade Pattern of Army Time Piece) terugvinden, net zoals de initialen van de Nederlandse, Indonesische of Pakistaanse strijdkrachten die later een deel hebben overgenomen. Knirim: “Er zijn verzamelaars die de horloges in hun originele fabrieksstaat willen hebben. Ik geef de voorkeur aan echte door Defensie uitgegeven horloges. Het kan zijn dat het horloge een andere wijzerplaat heeft, als hij maar echt gebruikt is.”
De Dirty Dozen anno nu
Spreken de twaalf horloges tot de verbeelding, maar is vintage geen optie voor je? Drie van de twaalf merken hebben een moderne optie die redelijk goed in de buurt komt, met één horloge dat er met kop en schouders bovenuit steekt.
Longines Heritage Military
Oorspronkelijk gebaseerd op een horloge uit 1918, met een wijzerplaat die nagenoeg gelijk is aan het historische stuk, dat je vindt op het hoofdkantoor in het Zwitserse Saint-Imier. Grote Arabische cijfers, Breguet-wijzers en een kleine seconde op ‘zes uur’. Nieuwe toevoegingen zijn een datum en een aanzienlijke diameter van 44 mm. (€ 1.760,-)
IWC Mark XVIII
De militaire looks van de Mark XVIII behoudt de traditie van de iconische Mark XI en is daarmee eigenlijk een pilot’s watch. Toch komen de eenvoudige, maar doelgerichte looks compleet overeen met waar de WWW-horloges van destijds aan moesten voldoen. Alleen nu wat luxer met een 40 mm stalen kast en een Santoni-horlogeband. (€ 4.560,-)
Vertex M100
De favoriet in onze horlogetest in dit nummer. Opgericht door een nazaat van het oorspronkelijke Vertex is dit een meesterlijke kopie van het origineel. De vintage looks, maar dan met de techniek en kwaliteit van nu. Nu ook beschikbaar in een gelimiteerde DLC coated M100B uitvoering. (€ 2.750,-)
Voor de ‘echte’ verzamelaar van militaire horloges begint het echter pas bij de Dirty Dozen. Prijs daargelaten is er nog zóveel met historische betekenis. Een paar musts volgens Knirim: “Een verzamelaar van militaire horloges zou ook kunnen kijken naar een IWC Luftwaffe B-Uhr of een Glashütte Pilots Chronograph. Net als een Kriegsmarine Rolex-Panerai, een Bundesmarine Blancpain Fifty Fathoms of een Royal Navy Rolex Submariner. Maar ook een Omega Seamaster 300, een Breguet Type 20 Pilots Chronograph, een US Army Air Corps A7 Longines of een US Navy Tornek Rayville.” Keuze te over zoals je hoort, maar ook voor de minder diepe portemonnee is er genoeg voorhanden. Knirim noemt bijvoorbeeld ook de Bundeswehr Boccia, de US Forces Marathon of de British Pulsar Chronograph en Field Watch.
Maar terug naar de Dirty Dozen. Een originele WWW blijft iets houden dat tot de verbeelding spreekt. Of je nu gaat voor een ‘basic’ Record, voor de charme van een Jaeger-LeCoultre, het goede uurwerk van de IWC of de Longines die over het algemeen als ‘mooist’ wordt gezien. Het waren precisie-instrumenten, gebouwd voor één doel: de tijd aflezen onder de meest extreme omstandigheden. Er één om de pols hebben, in wat voor staat dan ook en gissen naar waar hij is geweest en heeft meegemaakt en je snapt de populariteit.
De twaalf horloges voldoen ook stuk voor stuk aan de verschillende redenen waarom velen van ons een ‘afwijking’ hebben voor horloges. Je wilt een horloge vanwege zijn historische afkomst of omdat hij zeldzaam is. Dan zit je voor beiden goed hier. Je wilt hem omdat het uiterlijk je aanspreekt. Onmiskenbaar mooi zijn militaire horloges misschien niet, maar de eerlijkheid van hun design is voor velen genoeg. Slechts twaalf horloges, dat klinkt toch gevaarlijk bereikbaar? Helaas wat minder als je weet dat op fora en bij kenners het verhaal gaat dat wereldwijd slechts twintig mensen de collectie compleet hebben.
Militaire Horloges
Konrad Knirim heeft twee boeken geschreven over militaire horloges en klokken. Geboren uit passie. Er zijn twee boeken beschikbaar in zowel het Duits als Engels, Volume 1 German Military Timepieces (626 pagina’s) en Volume 2 British Military Timepieces (800 pagina’s). Twee complete naslagwerken met elk meer dan 1.000 horloges en klokken die worden besproken. Volume 1 kost € 148,- Volume 2 kost € 178,- en zijn te bestellen via knirim.de